vrijdag 28 december 2012

Een desembrood bakken

Nee, ik ben niet bekeerd tot het "geitenwollen sokken volk", maar me meer bewust van wat ik eet. Voortschrijdende inzicht noemen ze dat. Je bent per slot van rekening wat je eet, luidt een oud gezegde. Dus ik houd zo veel mogelijk rekening met de volgende zaken: ik eet wat minder vlees, wat meer vette vis, zo weinig mogelijk uit pakjes, we maken zo veel mogelijk zelf en, wat in dit verband ook heel praktisch is, mijn lief koestert een volkstuintje. Ik zeg met nadruk mijn lief, want ik ben niet zo van de vieze handen. Een bekend dichter uit de vorige eeuw verwoordde het al, "De natuur is zo overweldigend, daar hoort een terras bij en een goed glas". En zo denk ik er ook over.

Wat meer in mijn genen zit, is het bakkersvak. Men heeft ooit pogingen ondernomen om wijlen mijn oude heer iets bij te brengen op de ambachtsschool. In zijn nalatenschap waren nog enige boeken uit de jaren dertig van de vorige eeuw over de opleiding tot bakker. Ik herinner me uit mijn kindertijd, dat vader in de decembermaand vaak bij Bakker Winkel in Velsen-Noord een bijbaantje had en 's nachts meewerkte in de productie van speculaas, kruid- en pepernoten en banketletters voor Sinterklaas en daarna voor de Kerst en Oud- en Nieuw diverse lekkernijen fabriekte.

In de keuken heb ik zo mijn specialiteiten en één van die specialiteiten is, dat het mij redelijk vaak lukt om een goed gelukt brood te produceren en tot voor kort deed ik dat gewoon met fabrieksgist, hetzij vers als blokje, hetzij gedroogd in een zakje. Maar gist is een fabrieksmatig geproduceerd goedje, vol met hulpstoffen met een E er voor. Het zorgt er in principe voor dat de gluten in het volkorenmeel naar boven worden gedreven en hun werkzame stoffen (suiker) omzetten in alcohol, dat heet gisten en daar gaat het deeg van rijzen.

Dat fabrieksgist heeft men in de 17e eeuw uitgevonden en in 1825 wist men het in blokjes te persen (daarvoor was het vloeibaar) en Louis Pasteur heeft in 1860 een manier gevonden om het langer te bewaren en te drogen. Maar hoe bakte men vroeger dan brood? Ik bedoel eigenlijk, hoe zorgde men er vroeger dan voor dat een brood ging rijzen en luchtig werd?

Men maakte desem of zuurdesem. Ingrediënten: meel en water in gelijke delen mengen. Dit liet men een dag rusten en de tweede dag roerde men het 's ochtends en 's avonds goed om. De derde dag deed men er weer wat meel en water bij en roerde het twee keer per dag om, ook zo de vierde, vijfde en zesde dag. Vanaf de derde dag gaat het "werken" oftewel gisten, dat zie je doordat er zich belletjes aan de oppervlakte van het papje gaan vormen en het gaat licht zurig ruiken. De zesde dag is het vol van activiteit. De zesde dag is het klaar en kan men het gebruiken om een brood te gaan bakken.

Dodelijk simpel, om een brood te bakken heb je meel, geen bloem, nodig, water en een snufje zout. O ja, een oven is ook wel handig.......

Het verschil tussen bloem en meel moge duidelijk zijn. Bloem is gezeefde meel, wordt vooral gebruikt om witbrood mee te bakken. Het nadeel is, dat er bijna geen vezels meer in zitten en in die vezels zitten nu net de gluten. Gluten heb je nodig om te fermenteren (= gisten). Dus voor het moederdeeg moet je meel hebben. Oftewel, volkoren-meel, rogge of spelt-meel. Een goede supermarkt zou dat moeten verkopen, anders moet je naar een bakker of natuurvoeding winkel gaan. Ook zijn er diverse molenaars die hun meel aan huis verkopen. Spelt-meel is wat lastiger, veel wordt het niet meer verbouwd in Nederland, terwijl juist daar veel gluten in zitten. Je moet er voor naar een natuurvoeding winkel en daar betaal je er vaak de hoofdprijs voor. Principes hebben is mooi, maar 't kost wel dat het barst. Wij hebben een vriendin, die regelmatig in Denemarken vertoeft en daar is het volop verkrijgbaar. Zij neemt dus spelt-meel voor ons mee.

Tot zover de inleiding, een wat omslachtige manier om te vertellen, dat ik graag wil weten wat er in mijn voedsel zit en dat ik bereid ben om daar knap ver in te gaan. Maar zeg nou zelf, 't is toch één van de wonderen van de natuur, dat je een brood bakt van 3 simpele ingrediënten, water, meel en een snufje zout?

Uiteraard moest ik zo nodig 's avonds beginnen aan mijn brood en was er diep in de nacht pas mee klaar met onderstaand resultaat tot gevolg. Te weinig geduld met het rijs-proces en hoogstwaarschijnlijk iets te kort water gebruikt. Maar voor een eerste resultaat? Och...... Het brood smaakt voortreffelijk (niet zuur, zoals een Duits brood) en het verdwijnt toch in een donker gat. Brood maken is een kwestie van geduld hebben en stug blijven proberen.

"O jee jongens", zei mijn moeder altijd, "de bakker heeft z'n wijf weer door het brood heen gejaagd".

Het recept

Ingrediënten moederdeeg:
Volkoren-meel
Spelt-meel (tenminste, dat gebruik ik)
Water

Dag 1:
Men mengt 80 gram volkoren-meel en 20 gram spelt-meel (of 100 gram volkoren-meel) en 100 cc water in een beslagkom. Roer het papje, totdat het een egaal mengsel is, waar geen water op staat. Daarna dekt men het geheel af met een vochtige theedoek en zet het weg op een plek waar het plusminus 16 tot 18 graden is.

Men dekt het moeder- of startersdeeg met een warme, vochtige doek af.

Dag 2:
Roer het mengsel 's ochtends en 's avonds een keer om, vochtige doek er op en weer wegzetten op dezelfde plek. Aan het mengsel is nog niets te zien.

Dag 3:
Het mengsel begint nu licht te werken, er vormen zich zo hier en daar kleine belletjes en het ruikt licht fris zurig. Voeg 50 gram volkorenmeel (als je ook speltmeel gebruikt, 40 gram volkorenmeel en 10 gram spelt-meel) en 50 cc water toe aan het mengsel en roer het goed door, vochtige doek er weer op en wegzetten. Ook 's avonds nog een keer roeren.

Dag 4:
Het mengsel is nu duidelijk aan het bellen blazen. Voeg weer 50 gram meel en 50 cc water toe en roer het geheel.  Vochtige doek er weer overheen en wegzetten. 's Avonds nog een keer roeren.

Dag 5:
Zelfde als dag 4. Het gaat nu wat zuriger ruiken. Pas op, dat het niet te zuur ruikt, want dan staat het te warm en kun je het weg gooien. Je kan de geur beïnvloeden door er iets meer meel, dan water bij te doen. Zorg er echter wel voor, dat het een papje blijft en geen deeg wordt.

Dag 6:
Zelfde als dag 4.

Dag7:
Het moederdeeg is klaar om er brood van te bakken.

Dag 7: het moederdeeg is klaar.
Je houdt altijd moederdeeg over, dit is de basis voor een volgend brood. Gewoon elke dag meel en water bijvoegen. Heb je genoeg, dan kun je het minstens 14 dagen bewaren in de koelkast en het is ook makkelijk in te vriezen.

Brood bakken:

Voor een brood van 800 gram:
640 gram volkorenmeel (of een mengsel van verschillende meelsoorten)
160 gram moederdeeg
350 cc water
1,5 theelepel zout

Meng het meel en zout in een diepe schaal en maak een kuiltje in het midden. In het kuiltje giet je het moederdeeg en meng het daarna met het meel. Vervolgens voeg je tweederde van het water toe en ga je het mengsel kneden totdat er een soepel deeg ontstaat. Dit ga je verder kneden op een met bloem bestoven blad of aanrecht. Is het te droog, dan gebruik je naar inzicht het overgebleven water, het beste resultaat om te zien is, dat het licht glanst, maar toch niet klef en nat is. Het deeg blijven kneden totdat het elastisch is. Daarna weer in de schaal doen en de befaamde warme, vochtige doek er over heen en 1 à 2 uur laten rijzen in een warme omgeving.

Na deze eerste rijzing, doe je het deeg in een beboterde broodvorm of als je een vloerbrood wilt, leg je het op een beboterd bakblik. Weer die vochtige, warme doek er over heen en vervolgens 2 tot 5 uur laten rijzen. Vervolgens bak je het op 190 graden in een niet voorverwarmde oven (ongeveer 65 minuten). Het brood ongeveer elk kwartier even met water besprenkelen, bijvoorbeeld met een plantenspuit, voor een mooie glanzende korst.

Valkuilen
Broodbakken is een proces, wat je gaandeweg onder de knie krijgt. Mijn tip: houd je exact aan de hoeveelheden met de ingrediënten. Ongeveer en gemakzucht werkt niet bij broodbakken en leidt onherroepelijk tot frustraties en niet te vreten brood.

Rijst niet? 
Te weinig water of te weinig desem, of te veel zout.

Veel gaten in het brood?
Slecht gekneed of te veel desem in het deeg.

Veel succes!!!!!

zaterdag 10 november 2012

De reünie

27 oktober 2012 was het zover, ik kondigde hem al aan in mijn blog De reünie, uitgestelde evualatie van je jeugd........  die dag werd de reünie gehouden van de zesde klas uit 1966 van de Del Court van Krimpenschool uit Velsen-Noord. Ja, ik zat in die klas, want ik durf het nog niet aan om totaal fictieve verhalen aan u te vertellen. Dat moet je namelijk wel durven, want dan pas laat je meer van jezelf zien, dan wanneer je je baseert op feiten. 

Het oude schoolgebouw in Velsen-Noord



In maart hield het organisatie comité bestaande uit Hugo, Anneke, Selma en ik onze eerste bijeenkomst. Dat was op zich al een kleine reünie. De laatste keer dat we elkaar hadden ontmoet was twintig jaar daarvoor, tijdens de laatste reünie. We hebben namelijk één keer in de twintig jaar een reünie van deze klas. Allemaal kinderen van protestants-christelijke huize uit Velsen-Noord.

Velsen-Noord is een dorpje, ingeklemd tussen het Noordzeekanaal, Hoogovens en Beverwijk, aan de overkant van het Noordzeekanaal ligt IJmuiden. Het is vervlochten met de Hoogovens (tegenwoordig TaTa Steel), Crown Van Gelder papierfabrieken en de Nuoncentrale met aan de zuidkant een bloeiend bedrijventerrein met een hoop offshore-bedrijvigheid. In dat dorpje zijn wij in de jaren vijftig en zestig opgegroeid en naar school gegaan.
Klassenfoto 1965.

We evalueerden kort de vorige reünie, toen we allemaal achter in de dertig waren en die reünie was geen onverdeeld succes. De opkomst viel tegen en de opzet, zaterdagavond in de oude school, drankje en hapje en een muziekje, voldeed niet. Na twee uur ben je uitgepraat en ga je je afvragen, wat doe ik hier?

Dit keer zouden we het anders doen. De reünie zou overdag zijn, met een nostalgische excursie in de omgeving en een etentje toe. We vergaderden twee keer en de bestemmingen van de excursie wijzigden nogal eens. De verwezenlijking van onze eerste plannen vielen in het water vanwege de kosten. Op een gegeven moment liepen de kosten per deelnemer op tot zo'n kleine vijftig Euro en dat is nu niet bepaald een aantrekkelijk bedrag om de oud-klasgenoten massaal naar Velsen-Noord te lokken. Sponsoren liepen niet te hoop en dus moesten we wat anders verzinnen. Hieronder het verslag.

's Ochtends om kwart over negen stapte ik in mijn autootje en begon de reis naar Noord-Holland. Ik had met mijn mede-organisatoren afgesproken om half elf bij de school te zijn om voorbereidingen te treffen, zoals broodjes smeren en koffie zetten. De reünie zelf begon om twaalf uur.
Ik had slecht geslapen, toch blijkbaar last van onderhuidse spanningen over het gebeuren. We hadden er als organisatie een hoop werk aan gehad. Alleen al het vinden van in potentie veertig klasgenoten, overal over deez' aardkloot verspreid, dat is al geen sinecure. Uiteindelijk waren er plusminus twintig deelnemers aangemeld maar...... Hoeveel zouden er uiteindelijk komen? Zou het gezellig zijn? Zouden ze het door ons bedachte programma wel leuk vinden? Is er wellicht iets, wat we over het hoofd hebben gezien?
Klassenfoto 27 oktober 2012

't Werd een groot succes, om een lang verhaal kort te maken. Volgens planning kwamen rond het middaguur de eerste deelnemers binnendruppelen en vanaf het begin was de sfeer er. Anneke had een paar appeltaarten gebakken en een stapel krentenbollen ingeslagen en een kop koffie is zo geregeld. Zo rond één uur 's middags was iedereen er en werden er foto's gemaakt. Inderdaad kwamen er twintig mensen opdagen, waaronder een onderwijzer uit die tijd. Daarna zochten we de auto's op en reden naar het Hoogovenmuseum. Naar later bleek een schot in de roos, de meeste vaders van de reünisten hadden bij dit bedrijf gewerkt en dit museum bleek een feest der herkenning, we hadden het niet beter kunnen verzinnen. Door de aanwezige gidsen werden we geweldig begeleid en hebben we een gezellige en leerzame twee uur in dit geheel door vrijwilligers gerunde bedrijfsmuseum doorgebracht, het was net een schoolreisje en dat gevoel wilden we ook bereiken. In het museum vindt u van alles over de productie van staal, de bedrijfsgeschiedenis, maar ook kunst rondom staal. Heel indrukwekkend.
In de ontvangsthal Hoogovens-museum.

Vervolgens reden we terug naar school, maar iedere auto nam een andere route en zo kreeg iedereen z'n eigen nostalgische rit door het verleden. We dronken nog wat en ruimden de school op. Sommigen kregen een ontzettende aanval van nostalgie, onder wie de oud-onderwijzer en barstten in oude schoolliederen uit. Sommigen hadden last van plaatsvervangende schaamte en liepen ineens verwoed met gebruikte koffiekopjes en gebakschoteltjes te slepen.
Oude schoolliedjes zingen

Je zingt maar, maar ik luister wel of het je het goed doet..

Sommigen zongen op afstand mee......

Uiteindelijk vertrok men richting Wijk aan Zee, waar een nazaat van een van de organisatoren van de reünie een restaurant/grand café uitbaatte. Daar werd uitgebreid geborreld en gegeten en uiteindelijk zeer gezellig nagezeten.
Gezellig borrelen, eten en nazitten.....

Ik had me druk gemaakt om niks. Een reünie kan heel gezellig zijn, als je maar activiteiten verzint die mensen bindt en dat is ons gelukt.

zaterdag 20 oktober 2012

Mijn emotionele cv (deel 2)

Carrière. Mijn eerste baantje

9 juni 1970 slaagde ik voor mijn eindexamen ULO. Het ULO had drie profielen waarin je eindexamen kon doen. Diploma A met handel en middenstand, diploma A met wiskunde en B met wiskunde. Ik deed A met handel en middenstand. Toegevoegd aan dat diploma was de aantekening middenstand, degenen die dit haalden konden een eigen (detailhandel) zaak beginnen. Daarvoor had je als examenvakken handelsrekenen, een introductie in boekhouden, handelskennis en rechts- en wetskennis, die je gemiddeld op een voldoende moest afronden. Ik heb die toevoeging middenstand, het middenstandsdiploma dus, niet gehaald. Handelskennis plus rechts- en wetskennis waren vakken die je domweg moest gaan leren, stampen, gortdroge materie. Had niets met intelligentie te maken en ik had vier jaar weinig uitgevoerd op de ULO en alles spelenderwijs tot mij genomen. Hiervoor moest ik aan de bak en dat besefte ik zo'n 2 dagen voor het schriftelijk eindexamen. Dat werd dus niets. Maar ik maskeerde de  boel met een kleine 10 op mijn cijferlijstje voor geschiedenis. Een vak, waar ik op school niets van bakte. Want de betreffende leraar nam constant steekproeven met kleine overhoringen over de lesstof en ik zei al, van feitjes uit boeken, daar was ik niet zo in geïnteresseerd. Ik had geluk dat tijdens het mondeling examen de vraagstelling ging over de actuele toestand in de wereld en met name Vietnam (1970, weet u nog?) en daar wist ik weer veel van, want ik las gretig de krant. Dus het feit dat ik een 10 op het cijferlijstje had maskeerde mijn falen voor het middenstandsdiploma.

In het vorig blog zei ik al, dat ik in die tijd flink aan het puberen was geslagen. Ik was 16 en was wel een beetje klaar met school, ik wilde werken. Mijn vader noch mijn moeder waren studiehoofden en het zat ook niet zo in de familie, zeker niet van vaders kant en slagen voor de ULO was al heel wat en ik kwam er mee weg. Ik ging de kost verdienen. En ja, daar heb ik nu nog spijt van, wijsheid komt met de jaren zeggen ze altijd en ik ben geen uitzondering. Ik had wel verder kunnen studeren, maar ja, men had het nog niet zo over competenties en echt gestimuleerd om verder te gaan werd ik niet dus ging ik solliciteren. Daar kwam nog bij dat in die tijd de werkgevers zich in redelijk grote aantallen aanboden. Inderdaad, je kreeg brieven van verzekeringsmaatschappijen, banken, overheid en daaraan gelieerde instellingen zoals de Sociale Verzekerings Bank en het GAK of de Belastingdienst, of je daar wilde komen werken, met geweldige beloftes over verdere opleidingen en prima arbeidsvoorwaarden. Alleen salaris....... tja, dat was wat weinig, laat ik het netjes stellen. Een minimum jeugdloon bestond er in die tijd nog niet. Uiteindelijk ging ik in zee met de Algemene Bank Nederland NV (nu ABN/AMRO), destijds net ontstaan uit een samengaan van de Twentsche Bank en de Nederlandsche Handelsmaatschappij, voor het enorme salaris van tweehonderdzevenenzestig gulden en eenenvijftig cent in de maand. Ik vergeet het nooit meer, zolang als ik leef. Voor de jeugd, die de gulden niet meer bewust hebben meegemaakt, we hebben het over honderdeenentwintig Euro en zestig cent naar boven afgerond, in de maand. Veertig uur in de week, van maandag tot vrijdag, half negen 's ochtends beginnen, uur lunchpauze, half zes 's avonds klaar. En daar moest ik dan ook nog kostgeld van betalen. Ik blij, dat ik van mijn ouderlijk paar een nieuwe brommer had gekregen voor mijn eindexamen, want zelf voor zo'n ding sparen werd wat bezwaarlijk. Ik kreeg twintig gulden in de week zakgeld en daar mocht ik het mee doen. Ja ja, ik weet het, de prijzen waren wat anders toen, maar een vetpot was het absoluut niet. Een biertje was zestig tot negentig cent in de horeca en een pakje caballero had je voor één gulden vijfenzeventig. Maar goed, je rookte gewoon op het werk aan je bureau en je was echt niet de enige. 's Ochtends voor ik naar mijn werk ging haalde ik eerste een pakje sigaretten en na mijn werk, voordat ik naar huis ging haalde ik weer een pakje sigaretten. Zo ging dat gewoon in die dagen. Wie een beetje kan rekenen weet, dat ik niet uitkwam met mijn zakgeld. Ik kan een hoop negatieve gebeurtenissen waarin mijn ouders een rol speelden opnoemen, maar ik kan ze onmogelijk verwijten dat ze gierig waren en hun kinderen iets ontzegden, dus ja, ik kreeg vaak genoeg meer dan ik verdiende, letterlijk en figuurlijk. (Huilt tranen met tuiten van ontroering). Overigens ben ik later weer aan de studie gegaan gegaan,  gedeeltelijk 's avonds, gedeeltelijk in de tijd van de werkgever, maar daarover later meer.

Op 1 juli 1970 begon ik bij de ABN, op de Meerstraat 50, op de hoek van de Raadhuisstraat in Beverwijk (tegenwoordig is in dit gebouw een advocatenkantoor gevestigd). Ik kreeg een heuse bankrekening, waarop mijn salaris zou worden gestort en moest bij aanvang meteen op audiëntie bij de directeur, de heer Schmoll......... zo heette hij en zo zag hij er uit ook. Ik aan het begin van mijn loopbaan en hij stond op het punt om er uit te gaan. Kortom, de man was van een bouwjaar begin vorige eeuw en is reeds lang met zijn voorvaderen herenigd. Ik herinner me nog woordelijk het begin van het gesprek. "Wat is je vooropleiding, Kamps? (Vroeger was je vooral je achternaam, je voornaam werd alleen privé gebruikt). Naar waarheid vertelde ik hem dat ik de ULO had afgerond. "Mooi, vergeet dan alles, wat je daar geleerd hebt, want hier doen we het anders, daar kom je wel achter".

Mijn eerste werkplek was op de afdeling betalingsverkeer. Elk plaatselijk kantoor deed de administratie van alle rekeninghouders uit die plaats. Voor je betalingen had je formuliertjes (giro's), die schreef je uit en bracht ze naar de bank, daar werd de oogst van een hele dag verzameld. De volgende ochtend werd de hele boel geboekt op grote mechanische boekhoudmachines, die via het TTS-systeem (TTS = Tele Type System) er ponsbanden van maakten, met een debet- (betalingen van cliënten) en een creditgedeelte (stortingen).  Aan het eind van de werkdag werden de ponsbanden naar Haarlem gebracht naar het regionale hoofdkantoor. Daar werden alle banden uit de regio verzameld en met de auto naar een data-center gebracht, klonk spannend, geen idee wat het was. Maar er stond iets geheimzinnigs dat een computer werd genoemd, die draaide gigantische vellen met gegevens uit, die werden gecheckt door het plaatselijke kantoor en dagafschriften, die weer werden verwerkt door de postafdeling. De dagafschriften werden samen met de doorslagen van de originele overschrijvingen en stortingen in enveloppen gedaan en naar de klanten gestuurd. Kortom, op een lokaal bankkantoor in een stadje als Beverwijk werkten zo veertig, vijfenveertig mensen en toch werd er winst gedraaid, tegenwoordig flikkeren ze al het personeel er uit, omdat het te veel kost, waar zou het mis zijn gegaan? Automatisering is wel efficiënter dan personeel, zeggen ze, maar goedkoper?  Ik werkte op de bankgiro-afdeling met allemaal jongedames in minirokken, ongeveer van mijn eigen leeftijd, dus tussen de zestien en twintig jaar oud. Zoals ik al zei, ik verdiende geen ruk, maar voor de rest had ik geen klagen. Ik ging er weg in 1976, na mijn militaire diensttijd. Ik zag me zelf niet oud worden als bankier, niet uitdagend genoeg, niet genoeg perspectief en 't verdiende ook toen nog niet bijzonder. Mijn carrière had behoefte aan een nieuwe impuls. Ik heb er een hoop lol beleefd en een hoop geleerd. Ik kom er vast nog wel een keer of wat op terug in volgende blogs.

vrijdag 12 oktober 2012

Mijn emotionele cv deel 1

Introductie:
Geboren en automatisch lid van de baby-boom club, daar toe rekent men de mensen die vlak na de oorlog tot 31 december 1955 zijn geboren. Mijn ouders waren kleinburgerlijke lieden van protestantse huize (Nederlands Hervormd). Echter, de ouders van mijn vader verhuisden in de crisisjaren van de veenkoloniën bij Emmen naar Sittard/Geleen na failliet te zijn gegaan door een veenbrand. Mijn grootvader kon een baan krijgen in de staatsmijnen, op voorwaarde dat hij (en zijn gezin) het Rooms-Katholieke geloof aannam. Mijn vader was van zijn geloof gevallen na een traumatische jeugd en de oorlogsjaren.

Mijn moeder voedde mij en mijn jongere zusje en broertje wel protestants christelijk op. Protestants christelijke kleuterschool, lagere school (voorganger van de basisschool) en middelbare school. Uiteraard ook de zondagse kerkgang en zondagsschool. Ledigheid was des duivels oorkussen en vrije tijd was een abstract begrip. Vader had ook zo z'n regelmatige leven, door de weeks (van maandag tot en met zaterdagmiddag 14.00 uur) naar zijn werk en zondags was hij op het voetbalveld te vinden. Zo pikten de kinderen van alle kanten van het leven wat mee. Zondagochtends in de kerk en naar zondagsschool en 's middags op het voetbalveld. Na de invoering van de vrije zaterdag halverwege de jaren zestig van de vorige eeuw, was zoonlief numero uno (scribent) dus twee dagen op het voetbalveld te vinden. Zaterdags voetballend, of liever gezegd pogingen daartoe ondernemend, en zondagsmiddags als toeschouwer. Af en toe lukte het om onder de verplichte kerkgang uit te komen en dan ging ik met pa mee, als hij zelf moest voetballen. Met de kerk had ik al heel vroeg niets mee en in voetballen was ik niet goed. Dus ik stelde mijn moeder teleur op geestelijk gebied en ik was geen schaduw van mijn sportieve vader. (Pinkt een traantje weg en snuit neus).

Opleiding:
14 december 1957 maakte ik kennis met de kleuterschool. De christelijke Banjaertkleuterschool in Velsen-Noord, geleid door mevr. Kraaieveld en mijn kleuterleidster heette juffrouw Hondema.
Voordat ik naar kleuterschool ging, had ik zo al mijn eigen voorstelling van het leven als scholier gemaakt. Ik heb heel weinig herinneringen uit die tijd, maar dit herinner ik me nog. De oudere kinderen bij ons in de buurt vertelden me over school. Vooral, dat het er niet leuk was en dat ze jaloers waren op mij en mijn vriendjes en vriendinnetjes, die nog niet heen hoefden. Niet leuk stond voor mij in die tijd gelijk met, "naar bed toe en slapen gaan", dus ik associeerde het bestaan als scholier met "in bed liggen". Op school moest je naar bed, want dat was niet leuk.
Nou, dat viel mee, op mijn eerste school dag kreeg ik een van papier geknutselde hoed op en ging ik trakteren, want ik was natuurlijk jarig. Daarna kreeg ik een schaar en een lijmpot, een kwast en allemaal gekleurde papiertjes. "Zo Jan, ga jij maar eens laten zien wat jij kunt". Tja, schaar, kwast........ schaar en kwast...... een schaar en een kwast, wat doe je daar nu mee? Knip!!! daar gingen de haartjes van de kwast. En toen moest ik in de hoek gaan staan. Op mijn verjaardag, ja...... (Snuit een traantje weg en pinkt neus).

Na de kleuterschool krijg je de lagere school. In eerste instantie alleen maar een verandering van gebouw. Een heleboel van mijn klasgenootjes van de kleuterschool gingen mee naar de "grote school" zoals dat toen heette en er kwamen zelfs nog veel meer klasgenootjes bij van de andere "christelijke" kleuterschool in Velsen-Noord. Een klas die de daaropvolgende zes jaren fluctueerde tussen de 40 en 50 leerlingen. Zo groot waren de klassen toen. En de onderwijsgevenden werden niet overspannen hoor, want ze mochten nog slaan, dat helpt........ In de eerste week in de eerste klas had ik al een jens met een lineaal te pakken op mijn vingers. Juffrouw Piso heette de lieverd. Ik kwam tussen de middag huilend thuis en deed beeldend verslag van de afstraffing. Mijn moeder, (ruim 1 meter 80, over de honderd kilo, handen maatje kolenschop) ging me voor, liep de klas binnen en zei afgemeten tegen mij, "blijf jij maar even wachten". Wat ze tegen de juffrouw heeft gezegd, kan ik me alleen maar voorstellen, maar feit is, dat ik nooit meer ben geslagen door een leerkracht. (Zakdoek graag)

De CITO-toets had je in die dagen nog niet, je maakte wel een soort test, naar ik meen op de Theo Thijssenschool in IJmuiden, maar het hoofd der school, de legendarische heer Kleijwegt maakte uit, naar welke vorm van voortgezet onderwijs je ging. Je prestaties op de lagere school speelden zeker een rol, maar niet de voornaamste. De hoogte van de maatschappelijke ladder speelde de belangrijkste rol, wie was pa? En belangrijker, wat deed hij voor de kost? Dus ik ging naar de ULO en de zoon van de tandarts naar de HBS. Lekker overzichtelijk. Op de ULO heb ik vier jaar geluierd, 't kostte weinig moeite en ik haalde op mijn dooie gemakje hoge cijfers. In de hogere klassen ging ik lekker puberen en na het eindexamen hield ik het voor gezien. Ik ging werken.

Wordt vervolgd

zaterdag 6 oktober 2012

Positieve uitstraling tot de dood er op volgt......

Mijn laatste blogs waren doorwrocht van azijn-pisserij en zelfmedelijden, het mezelf in de slachtoffer-rol duwen en alles bij elkaar genomen, behoorlijk zeurderig. Mea Culpa (3x)!
Van nu af aan ga ik heel hard werken aan een positieve uitstraling en spontaniteit. Dat bevordert ook mijn kansen op het vinden van een leuke baan, zeker met 50 procent. Een rekensommetje leert dan, dat ik geen 2 procent kans maak op een baan, maar 3 procent....... en daar doen we het toch allemaal voor.... toch?

Positieve uitstraling......., jaja webcam, dan krijg je zoiets.
We hebben van een instantie nog een stuk salaris tegoed, maar door een krom bitje of een andere hik in het systeem, lukte de afboeking bij de opdrachtgever niet goed en dan wacht zo'n instantie gewoon een dag of tien. Dan proberen ze het nog een keer en daarna houden ze het zelf nog tien dagen vast. En dus zaten we vandaag € 4,27 van de maximale kredietlimiet af. Maar gelukkig (ik zeg toch, positief, positief, positief tot in het oneindige) ben ik al ruim 27 jaar gehuwd met een dame, die altijd nog een klein beetje achter de hand heeft. Wij komen van geluk nog eens onder de trein terecht.

Vanochtend versliep ik me wat en daar waren de gezamenlijke voetbalverenigingen in Bolsward weer niet blij mee, sommigen hebben altijd wat te zeiken, zul je mij nooit zien doen. Alle velden waren afgekeurd, behalve het kunstgras. Bij de B-velden kon je rijst planten, zo erg. Maar goed, de wedstrijdsecretaris lag nog in zijn mandje, de website liep vast en zo ontstond er een communicatie-trauma. Zo kon het gebeuren, dat de teams die om 9.00 uur moesten voetballen, daar van om 11.00 uur op de hoogte werden gesteld. Mijn schuld (zeer gedeeltelijk dan he? Dat van die website kan ik ook niet helpen). Mea Culpa (minstens 5x).

Mijn schuld........
De post is al geweest en dat is ook positief, geen aanmaningen vandaag en het is zaterdagmiddag. Dat betekent achtenveertig uur geen bezoek van Post.nl, heel positief allemaal. We gaan heerlijk weekend vieren en onszelf toelachen, niemand anders doet het, dus je moet wat.......  Toch?


donderdag 4 oktober 2012

De generalist, garantie voor werkloosheid?

Gisteren op visite geweest bij een gelijkgestemde. Eén van de weinige mensen die ik "vriend" zou durven noemen. Hij denkt, net zoals ik "out of the box", datgene wat ik zo liefkozend "dwarsdenken" noem. We hebben er al heel veel urenlange gesprekken over gehad, maar over dit zijn we het hartgrondig eens. De maatschappij begrijpt ons niet en wij doen hartstochtelijk ons best om de maatschappij wel te begrijpen, een hopeloze situatie.

Allebei 50-plus, allebei werkloos, allebei goed opgeleid, mijn vriend is zelfs academicus met drs. voor zijn naam, allebei een heleboel levenservaring, allebei een beetje "anders", allebei een beetje leuk gek. Bij dit soort gesprekken hebben we het vaak over "waarom" we buiten de maatschappij staan, waarom we geen werk kunnen vinden. Gisteren gave we het een naam, wij zijn generalisten, daar schort het aan.

Een generalist is iemand die van alles wel wat weet en van niets genoeg. Neem mezelf nou, ik kan overal wel over meelullen, heb in een hoop vakgebieden al mijn mannetje gestaan en kan zonder problemen vaak naadloos in een organisatie worden ingepast. Uiteraard ben ik ook wel in het bezit van enige specialistische vaardigheden, maar de ellende is, dat het vak waarin ik ben opgeleid, namelijk typograaf (grafisch tekstverwerker) niet meer bestaat. Dat beroep is samen geveegd op een hoop met vakgebieden als micro-opmaker, macro-opmaker, reprofotograaf en plaatvervaardiger tot dtp'er, oftewel het samenvoegen van beeld en tekst tot pagina's met een personal computer. Oudere mannen hebben geen toegevoegde waarde als dtp-er, met hun gezeur over de afstand tussen de Hoofdletter W en de daaropvolgende kleine of normale letter e, zodat het er optisch fraaier uitziet. Tegenwoordig is het van belang, hoe snel kun je een tijdschrift of een krant in elkaar fabrieken. De gewone lezer maalt niet om esthetisch verantwoorde koppen en de juiste interlinie tussen de regels of bijpassend lettertype. Dus als je na jaren bij een bedrijf wordt weggesaneerd en je bent boven de vijftig, plastisch uitgedrukt, je bent van "de rijdende trein gelazerd", dan valt het niet mee om er ergens anders weer op te klimmen. Dus ging ik als "zij-instromer" het onderwijs in en betaalde het omscholingstraject uit eigen zak. Niet goed gelukt, tijdelijke contracten, flutbaantjes beneden mijn niveau en er substantieel financieel op achteruit boeren, dat gebeurde er. Heden heb ik nog maar een contract voor acht uur per week op payroll-basis. Oftewel, morgen kan ik ontslagen zijn.

Maar je bent een generalist Kamps, zeg je zelf, wat kan je dan nog meer? Zoals ik al opmerkte, ik weet overal wel wat van af. Vroeger leerde je niet alleen gericht, maar werd er ook gewerkt aan je algemene ontwikkeling. Overigens werd de informatie ook niet in hapklare brokken aangeleverd. Als ik wat over de Hoekse en Kabeljauwse twisten wilde weten en de rol van Jacoba van Beieren daarin, dan kon ik dat niet eventjes snel in Wikipedia vinden, want een computer kon in die tijd alleen nog maar rekenen en had de grootte van een gemiddelde sporthal. Nee, Jantje moest naar de bibliotheek, er een boek over zien te vinden en dat eerst helemaal uitlezen en er daarna een samenhangend uittreksel van zien te maken, zodat hij de onderwijzer tevreden kon stellen. En dat allemaal met een balpen of vulpen, niets toetsenbord, niets knippen en plakken. Old school man!!! Tja, en dat blijft dan wel in je geheugen hangen, of je nu wilt of niet. Als zetter bij het Noordhollands Dagblad tikte ik dagelijks alle redactionele artikelen op, van belangrijke internationale nieuwsfeiten tot de duivensportberichten uit Bovenkarspel. Je vergat het met dezelfde snelheid, waarmee je het optikte, maar..... er bleef altijd wel wat van hangen.

Nu ben ik bijna 59, er zitten ik weet niet hoeveel weetjes, feiten, kennis en andere dingen die het waard zijn om te onthouden in dat grote hoofd van me, overigens ook een hoop flauwekul, maar dat heb je als je alles op moet tikken en dus lezen. En allemaal voor een modaal salaris te verkrijgen, maar niemand wil het hebben. Ik ben al jaren een toeschouwer langs het speelveld dat maatschappij heet.

Ik ben boekhouder geweest begin jaren zeventig, was ik niet zo goed in. Ik heb telefonisch personeelsadvertenties verkocht, ik ben niet commercieel genoeg, want ik ben daar te eerlijk voor. Ik ben precies 3 werkdagen huisschilder geweest, diep ongelukkig was ik. Mijn hand oog coördinatie is niet je van het en ik heb hoogtevrees, genoeg voor een diskwalificatie. Ik ben chauffeur geweest op een busje voor mindervaliden en reed 's nacht kranten met dat zelfde busje. 't Verdiende geen ruk en je kreeg verdomd weinig slaap.

Ik ben, omdat ik dat spul allemaal heb zien komen en omdat ik er vanaf het begin wel aardig mee om kon gaan, handig met personal computers. Heb er een aantal cursussen in gevolgd en dus sta ik tegenwoordig bekend als ict'er, gespecialiseerd in onderwijsomgevingen. Daarmee kom je niet aan de bak, want de vooropleiding die een ict'er tegenwoordig moet hebben (MCSA, MCSE, ITIL enz.) heb ik niet. Geld voor bij- of omscholing heb ik niet en van overheidswege én van de sociale partners heb ik wat dat betreft weinig te verwachten.

Deze week kwamen VVD en PvdA met hun deelakkoord, daarin werd de forenzentaks en de lang studeer boete teruggedraaid en daarvoor in de plaats werden belastingen verhoogd en onder andere de verhoging van de AOW-leeftijd nog sneller ingevoerd. Deze dwarsdenker heeft sollicitatieplicht tot 66 jaar en 8 maanden. En ik ben zo moe, zo moe.........

maandag 1 oktober 2012

Vervelende binkies die "Boem!!" doen.....

Eind september, 't avondwandelingetje met Lotje, meestal rond middernacht, vrijdag op zaterdag. We lopen de Gijsbert Japickxbrug over richting Plein 1455. Voor wie 't niet kan plaatsen, dat is in Bolsward, daar woon ik al een jaar of tien. Een petje, jaar of 18, loopt met zijn vriendinnetje aan de andere kant van de weg, richting toiletgebouw van de passantenhaven van ons stadje. Loopt een beetje te kwallen, want zijn vriendinnetje zegt om de drie stappen, "hé, doe nou 's normaal man" of "doe niet zo vét irritant", als iets tegenwoordig benadrukt wordt, dan krijgt het de toevoeging "vét", interessant. Ze zullen wel in de luwte van het toiletgebouw, of zelfs in het toiletgebouw iets energieks gaan doen. In ieder geval lopen Lotje en ik verder.

Deze avond hebben we gezelschap van één van de huispoezen, Saar. Saar heeft haar staart in de krul, net als een varkentje, heeft ze van haar moeder geërfd. Saar maakt nogal een hoop herrie, om niet te zeggen, ze schreeuwt de hele weg de boel bij elkaar. Niets bijzonders, doet ze ook altijd, 't is een manier van communiceren, niet waar? Om te voorkomen, dat Saar omwonenden uit hun slaap blèrt, loop ik niet verder dan het einde van de Sint Maartenschool. Daarna keren we besmuikt om, licht beschaamd vanwege die schreeuwende poes.

Op datzelfde ogenblik klinkt er een daverende knal richting het toiletgebouw bij de passantenhaven. Een gil geeft aan, dat een vrouwspersoon getuige is van de ontploffing en hoogstwaarschijnlijk dicht bij betrokken. "Doe 's normaal, idioot!!!" hoor ik op pak 'm beet 250, 300 meter luid en duidelijk.
Juist, illegaal vuurwerk, eind september, ze zijn er vroeg bij dit jaar. Duidelijk iets, wat hoort bij de adolescente "heren der schepping", het vrouwelijk geslacht heeft, volgens mijn waarnemingen eigenlijk nooit wat met dingen die "Boem!!!" doen. Hoort bij nog niet helemaal rijpe mannetjes.

Niet erg hoor, ware het niet, dat er in Bolsward een harde kern is van mannetjes die dat na hun veertiende ook nog steeds leuk vinden en na half september hoor je in de stad bij nacht en ontij met enige regelmaat een gigantische ontploffing. Soms zijn de schamele restanten van wat eens een prullenbak daar achteraf de stille getuigen van en soms trillen in de hele binnenstad alleen maar de ramen.

Toen ik nog jong was, – opa spreekt – hadden we daar 't volgende op vond'n...... Militaire dienst heette dat. Elk exemplaar met x én y chromosomen werd in het jaar waarin hij achttien werd gekeurd voor de militaire dienstplicht en zolang je maar enigszins recht van lijf en leden was en drie zinnen met enige samenhang achter elkaar kon uitspreken werd je geschikt geacht en mocht je tussen de 14 en 21 maanden Koning's wapenrok dragen, hing er vanaf wanneer je in dienst ging (de laatste jaren van de dienstplicht was het nog maar 12 tot 14 maanden) en wat je daar ging doen. Ik, zei de gek, lette niet op en antwoordde op de vraag of ik leiding zou willen geven bevestigend en mocht dus 21 maanden dienen, ik werd onderofficier en dan mocht je 3 maanden extra. Ja ja, de zonde wordt onmiddellijk bestraft. Wat dat betreft heb ik in mijn leven al de nodige keren boete moeten doen.

Maar goed, om bij het onderwerp te blijven, in militaire dienst waren een hele hoop dingen die "Boem!!!" deden, zoveel als je maar wilde en veel harder dan die lullige strijkers die je in Bolsward blijkbaar kunt krijgen tegenwoordig.

Maar ja, militaire dienstplicht is afgeschaft, en vervelende binkies willen nog steeds "Boem!!!" doen, en dan krijg je dit. Klaar ben je er mee. En de militaire dienstplicht invoeren, alleen maar om Boalserter Maat een plezier te doen, dat zal er wel niet meer van komen.

Alle goede dingen verdwijnen, de gulden, militaire dienstplicht en alles onomkeerbaar. Geert Wilders, dat lijkt me ook zo'n type, die houdt van dingen die "Boem!!!" doen. Dat doet me dan weer deugd, want Lotje heeft een bloedhekel aan vervelende binkies die "Boem!!!" doen. Weer wat om over te fantaseren tijdens mijn lange wandeltochten met Lotje. Eindigt dit stukje toch weer positief.

Hè, lekker......

zondag 30 september 2012

Inclusief hulpstukken

Mensen leven langer vandaag de dag. Dat probeert de regering en de Tweede Kamer ons wijs te maken om zo de leeftijd van de ouderdomsvoorziening naar boven bij te kunnen stellen. Als de PvdA dit gegeven bij de kabinetsonderhandelingen met de VVD als wisselgeld beschouwt, ren ik en met mij duizenden andere late babyboomers (geboortedatum vanaf 1948) vanaf 1 januari 2013 achter de feiten aan.

Een rekensom: ik ben van 14 december 1953. Vanaf 2013 wordt er elk jaar 1 maand bij de AOW-gerechtige leeftijd opgeteld en vanaf 2015 3 maanden. Ergo: op 14 december 2018 word ik 65 jaar en dan is de pensioengerechtigde leeftijd 66 jaar. Dat zou dus betekenen, dat ik vanaf 14 september 2019 AOW zou krijgen, ware het niet, dat in 2019 er nog 4 maanden bij komen en degenen die na 1 mei zijn geboren in 1953 er 8 maanden bij krijgen. Oftewel, ik ben pas op 14 augustus 2020 AOW-gerechtigd. Zie tabel hieronder. (Bron: NOS Nieuws).

Wanneer krijg ik AOW?

De AOW-leeftijd gaat omhoog, van 65 naar 67 jaarDe AOW-leeftijd gaat omhoog, van 65 naar 67 jaarGerard Stolk - Flickr / Creative Commons by-nc
Een van de maatregelen in het deelakkoord van de VVD en de PvdA is dat de AOW-leeftijd sneller omhoog gaat dan in het Vijfpartijenakkoord van afgelopen lente.
In dat Vijfpartijenakkoord zou de AOW-leeftijd vanaf 2013 stapsgewijs stijgen naar 66 jaar in 2019 en 67 jaar in 2023. In het deelakkoord is komt de AOW-leeftijd al in 2018 op 66 jaar en al in 2021 op 67 jaar.

Vanaf 1948

Bent u voor 1 januari 1948 geboren? Dan blijft uw AOW-leeftijd 65 jaar. Iedereen die op 1 januari 1948 of later is geboren, krijgt te maken met een hogere AOW-leeftijd.
Wilt u weten met welke leeftijd wanneer u precies AOW krijgt? Bekijk het in de tabel hieronder.
AanvangLeeftijdGeboortedatum
201365 jaar en 1 maandTussen 1 januari 1948 en 30 november 1948
201465 jaar en 2 maandenTussen 1 december 1948 en 31 oktober 1949)
201565 jaar en 3 maandenTussen 1 november 1949 en 30 september 1950
201665 jaar en 6 maandenTussen 1 oktober 1950 en 30 juni 1951
201765 jaar en 9 maandenTussen 1 juli 1951 en 31 maart 1952
201866 jaarTussen 1 april 1952 en 31 december 1952
201966 jaar en 4 maandenTussen 1 januari 1953 en 31 augustus 1953
202066 jaar en 8 maandenTussen 1 september 1953 en 30 april 1954
202167 jaarVanaf 1 mei 1954 en later
Of de AOW-leeftijd na 2021 nog verder omhoog gaat, wordt pas later bepaald.



Mijn vader werd geboren op 26-12-1920 en overleed op 28 september 1981 aan long- en slokdarmkanker. Een snelle rekensom leert me, dat ik hem dus op 17 september 2014 zal overleven (Deo Volente, om maar eens gezwollen tekst te bezigen). En ja, mijn vader heeft voor Jan met de korte achternaam AOW-premie betaald.

Wat is er voor mij nu voor nodig om mijn vader te overleven? Tot nu toe het volgende: in 1998 een buikoperatie moeten ondergaan vanwege darmkanker, jaren onder controle gestaan, nu nog één keer in de drie, vier jaar een coloscopie (ja ja, slang in je reet). In 2008 werd duidelijk dat ik aan diabetes type 2 lijd en sinds 2009 spuit ik insuline. Vanwege de diabetes is mijn vaatstelsel aangetast met verregaande consequenties voor mijn bewegingsapparaat, oftewel, ik loop niet zo heel snel meer. Eind 2009 onderging ik een bypass, waarbij de bloedtoevoer naar mijn rechterbeen werd omgeleid via de bloedtoevoer van mijn linkerbeen, oftewel, ik loop nu de honderd meter in volle sprint in circa 90 seconden. O ja, ik heb ook nog scoleose, een vergroeiing van twee onderrugwervels, dus altijd pijn in mijn rug.

Ik slik: metformine (3 tabletten per dag, medicijn tegen diabetes), bloedverdunner (1 tablet per dag), statine (tegen te hoog cholesterol, 1 tablet per dag) en ramipril, tegen een te hoog eiwitgehalte in het bloed. Ik spuit: 3 x per dag kortdurende insuline voor elke maaltijd en 1 x per dag langdurende insuline.
Verdere ouderdomsverschijnselen (oftewel, de hulpstukken): bril (varifocus), gebitsprothesen, steunzolen. Ik gebruik bodylotion, tegen een droge huid en ik moet elke dag mijn voeten insmeren met voetencrème vanwege diabetische voet. Als diabeticus moet je ook nog elke twee maanden naar de pedicure.

Op 17 september 2014 geef ik een feestje, als ik het haal, want dat is dan best een prestatie om bij stil te staan, mijn vader overleven. We worden allemaal ouder, ondanks de politiek.

dinsdag 25 september 2012

Hondje lopen (3)

Het besluit om weer over mijn omzwervingen met onze viervoetige huisvriendin te verhalen valt samen met een blik op mijn laatste blog. Daaronder staat een advertentie met de prozaïsche headline: "Last van harde ontlasting?" Shit. Krijg ik nog voor betaald ook, wel drie of vier cent per klik, dat wil zeggen, als u op de betreffende advertentie klikt. Iets in m'n onderbewustzijn zegt me, dat ik hier niet rijk van zal worden. Dus, om in de lijn van het verhaal tot nu toe te blijven, pak ik de poepschep, hang de hondenriem om (altijd al tegendraads geweest) en roep, "Lotje, plassie doen!", hetgeen een hoop gestommel ergens achter in het huis teweeg brengt en iets ruig-harigs met de staart in de krul komt aangestormd.
Ik heb de hondenriem om, Lotje niet.

We lopen de voordeur uit, de herfstige tuin in en via de centrale hal van het Sint Anthony Gasthuis, waar ons huisje deel van uit maakt, belanden we op de Nieuwmarkt. Lotje volgt trouw, na al die jaren vertrouwen we elkaar blind. Op het gevaar af, dat ik zo heel af en toe op zoek moet naar een hond, die halverwege de tocht voor zichzelf is begonnen. Maar zo als ik al zei, dat is heel af en toe en tot nu toe altijd zit ze, als ik dan weer bij huis aan kom, trouw te wachten voor de voordeur met een kop van, "Waar was je nou?" In de tussentijd heb ik tien keer kunnen uitleggen, waarom ik als een halve zoete door de stad loop met een hondenriem om m'n nek, zonder dat er een hond in de buurt is.
Lotje
Deze keer niets van dit alles, Lotje loopt in de doordeweekse modus en is van zins er een "gewoon" rondje van te maken. Dat komt goed uit, want de baas is er niet erg met zijn hoofd bij.

Op 11 september 2012 j.l. is ons vorig adres Broerestraat 5 en 5a gedwongen geveild in de WTC-expo te Leeuwarden. Ons eigen rampje. Het bieden stopte bij € 97.000,00 en het bleef angstvallig stil tijdens het "afmijnen", de hypotheekbank gunde het pand aan de bieder voor dat bedrag en ondergetekende en echtgenote gingen op dat moment voor 1,3 ton!!! de teil in. Daar word je wat ingetogen van, zal ik maar zeggen. Een week later zag ik het op de site van de makelaar waar ik het pand zelf in de verkoop had, alweer te koop staan voor € 139.000,00. Daar word je niet ingetogen van, maar dan krijg je hartgrondig de pest in, maar je kan er niets aan doen. Als je geschoren wordt, moet je stilzitten, is het oude gezegde. Op het moment dat dit stukje op geboerd wordt, is het 25 september, 14 dagen na "nine-eleven". We hebben nog niets gehoord over de volgende stappen voor wat betreft de restschuld aan de hypotheekbank (de RABO) en weten dus nog steeds niet waar we aan toe zijn.

Het meest waarschijnlijke is het volgende scenario: de hypotheekverstrekker vordert het bedrag aan de schuldenaar (ik zei de gek en zijn echtgenote), die vervolgens de schuldhulpverlening inschakelt. Dat betekent een jaar of vijf op een houtje bijten, zodat we zo rond onze AOW van alle ellende af hopen te zijn. Maar dit alles is nog steeds koffiedik kijken, we weten nog niets, geen nieuws uit Eindhoven tot nu toe. En dus loopt de baas te piekeren, blind vertrouwend dat de hond tijdens het uitlaten zich aan de regels houdt.

Gisteren heb ik me ziek gemeld, het loopt me over m'n schoenen. Het vrijwilligerswerk heb ik vorige week al tijdelijk gestaakt, voorlopig maar eerst eens de zaken op een rijtje zien te krijgen, dat kost moeite genoeg.

Inmiddels lopen we in de buurt van het busstation van Bolsward, waar een andere hoofdpijnveroorzaker aan het werk is. Een enorme hei-installatie drijft een stalen buis een twintig meter de grond in, waarna er beton in wordt gestort, vloeibare palen dus, althans........ tijdelijk. Er wordt een appartementen-complex gebouwd met drie woonlagen en op de begane grond een Aldi en wat andere zakelijke activiteiten. De lokatie kon niet ongelukkiger worden uitgezocht, precies dertig meter ten oosten van waar eens de Snekerpoort stond, vlak bij de restanten van het bolwerk, complete landschapsvervuiling heet dat. Niet dat het busstation met het aanpalend parkeerterrein nu zo'n geweldig uitzicht vormde, maar je keek tenminste nog een beetje van afstand naar het bolwerk, je hebt echt het idee, dat je een oud stadje binnen rijdt. Dat wordt door deze nieuwbouw behoorlijk verpest. Jammer.

De tocht gaat verder om het sportcomplex van Bolsward, bestaand uit vijf voetbalvelden, een ijs- annex skate-baan, twee korfbal-velden en een tenniscomplex, gelardeerd met wat "wandelgroen" en een paar volkstuintjes, bij elkaar zo'n 2500 meter wandeling. Uiteindelijk kom je via de Franekerpoort de stad weer in. Genoeg om je hoofd een beetje leeg te maken.

Dus wordt je thuis opgebeld door het UWV, dat graag wil weten waarom je je hebt ziek gemeld. Ik ga er maar een stukje over schrijven denk ik..........

zaterdag 15 september 2012

Klein Leed (3)

't Was zondagavond ergens in 1971 of '72. De familie zat aan tafel, vader, moeder, oudste zoon (scribent), dochter, jongste zoon. Het avondeten op zondag, toen nog een sociale gebeurtenis, bedoeld als een gezellig samenzijn, moeder had vers suddervlees in de pan, luxe groente, (witlof, spruiten of bloemkool) en soep vooraf. Maar ja, kinderen in de aanvallige leeftijd, tussen de 12 en de 18 en een moeder die een nogal kort lontje heeft, in een heel klein huisje met een nog kleiner eetkamertje, betekent een explosieve situatie........

Geen idee wat er aan vooraf ging en waardoor de situatie ontstond, maar dat is met enige zekerheid vast het volgende. Broertje wil iets en moeder ziet het niet zitten, komt in de meeste gezinnen ongeveer vijf keer per dagdeel voor. Zinloze discussie volgt, want pleitbezorger is twaalf jaar en dan zoek je de grenzen van je speelveld op. Broertje houdt vol en de toon wordt aan beide kanten hoger, een teken dat de zaak gaat escaleren en dan volgt op een goed moment het traditionele, "Vader, zeg jij er nu eens iets van". Bij ons dient het "Vader" vervangen te worden door "Geert", want mijn moeder sprak mijn vader altijd bij zijn voornaam aan. Pa kwijt zich met weinig enthousiasme van zijn opvoedkundige taak met het obligate "Ronald, luister naar je moeder". Mijn vader kon maar één ding tegelijk en hij was eigenlijk bezig met eten, niet met opvoeden en recalcitrante nazaten te corrigeren. Bovendien hield hij niet van discussiëren, daarom vroegen we alleen in uiterste nood iets aan hem. Het antwoord op je vraag was ja of nee en daar werd nooit meer van afgeweken, flexibiliteit was een woord en begrip, dat hij niet kon spellen, laat staan toepassen. Wel zo makkelijk, je wist precies waar je aan toe was.

Maar goed, mijn broertje was twaalf en moest alle fouten, die mijn zus en ik al lang hadden gemaakt nog maken. Hoewel hij van de meeste getuige was geweest, was er niets van blijven hangen, daar was hij op het moment suprème gewoon nog niet aan toe. Evolutie noemen we dat. Dus de discussie werd met verve voortgezet, met uiteindelijk een woede aanval van moeder ter afsluiting, waarin zij met veel decibellen een, moet ik eerlijk bekennen, treffende karakter-analyse van mijn broertje gaf, in een staccato van felle, korte zinnen, eindigend met de dooddoener, "En je houdt er nu over op, het gebeurt niet!!!!!" Mijn broertje werd nog roder in zijn gezicht, dan hij door de opwinding al was, haalde diep adem en zei, heel afgemeten: "Ik mag dit eigenlijk niet zeggen, maar ik doet het toch!!!! TEE-ER-UU-TEE!!!!"

Vader, zus en ik, keken elkaar in een onderdeel van een seconde aan en doken tegelijk alle drie onder de tafel, worstelend met ademnood om niet in lachen uit te barsten. Dit, terwijl boven de tafel "In al sijn grauwelijckheit" een openbare terechtstelling plaatsvond die zijn gelijke niet meer had gehad sinds 9 juli 1584 toen Balthasar Gerards op de Grote Markt in Delft heel langzaam werd dood gefolterd vanwege zijn geslaagde aanslag op Willem van Oranje.

Moeders had geen breekbank nodig voor het radbraken, dat kon ze met haar blote handen wel af, ze had geen zwaard nodig om je hoofd af te hakken, ze trok gewoon je kop van je romp, dit alles onder het schelle roepen van "Hepjenou genoehoeg!!!!! Hepjenou genoehoeg!!!!?? (bis tot in de 5e macht). Als je overigens als deerniswekkend slachtoffer daar op bevestigend antwoordde, betekende dat niet het einde van de afstraffing. Dat "Hepjenou genoehoeg!!!!" had meer een begeleidende functie als een metronoom voor het tempo van de klappen op de stoffelijke resten van de veroordeelde.

Mijn moeder verstond het beroep van scherprechter in al zijn facetten. Scherprechters wisten door hun beroep een hoop over wondverzorging. Na de executie werden de treurige overblijfselen van mijn broertje met liefde weer aan elkaar verbonden en opgelapt. Hij loopt nog steeds rond als postbode in Alkmaar en een paar weken terug ben ik nog met hem naar AZ-Heerenveen geweest,  Overigens ook een treurspel.......

vrijdag 24 augustus 2012

Facebook of kletskoek?

Facebook wil geen blote vrouwen op de site, overigens ook geen blote mannen. Een groot deel van de wereldbevolking schijnt daar niet tegen te kunnen. Vooral in Noord-Amerika in de Verenigde Staten wordt het als "not done" beschouwd. Het land van de onbegrensde mogelijkheden is net een meloen. De harde realiteit zit aan de buitenkant en daar vinden ze een blote vrouw, of man, of allemaal tegelijk helemaal geen bezwaar, maar de binnenkant van die meloen? Tja, dat is net Staphorst, maar dan wat groter.

Jaren terug haalde ik met een buurman een zakenrelatie uit de Verenigde Staten van Schiphol, iets met waterfilter systemen of zo. Mijn buurman begeleidde de Amerikaan op zijn trip door Europa. We reden van Schiphol naar Alkmaar en gingen in de binnenstad even lunchen. We liepen door de Langestraat langs een drogist, alwaar een reclameposter van een douchegel de aandacht van onze wereldreiziger trok. "He guys, that girl!!!!!!", "Yeah, what about that girl?", "She's............ nude!!!!", "Of course she's nude, she's taking a shower!" Nou, dat was wat, had hij nog nooit gezien en zeker niet midden op straat.
Je kan in de Verenigde Staten heel makkelijk aan hele zware vuurwapens komen als particulier, die de politie hier, als enige rechthebbende om vuurwapens te gebruiken, niet zou mogen kopen. In series als Bones en CSI wordt vrolijk in lijken gesneden met alle bloederige details close-up in beeld, maar borsten en geslachtsdelen, daarover ligt een oversized badlaken, driedubbel geweven en voor alle zekerheid met siliconen kit ingewreven. Een serie als Elisabeth R, met gruwelijk in beeld gebrachte, bloederige executies wordt op prime time uitgezonden, maar als een tepel van de 40-plusser Janet Jackson tijdens de pauze van de Super Bowl 1 seconde zichtbaar is, dan vergadert de senaat in Washinton DC daar drie dagen over en is het hele land, 52 staten bij elkaar van de rel del del.

Vanochtend een klein berichtje op Nu.Nl. Facebook verwijdert een afbeelding van de verkiezingsposter van de PSP uit 1971, naakte vrouw met armen gespreid en een koe, daaronder de tekst, PSP ontwapenend. Zie deze link: http://www.geschiedenis24.nl/nieuws/2012/augustus/Geschiedenis-van-de-PSP-poster.html
't Was de eerste keer niet, Facebook haalde al eerder het nieuws omdat ze foto's van vrouwen, die hun kind de borst gaven verwijderde. Meestal privé-kiekjes. Verbazingwekkend zoiets. Zeker op het internet. Als je op Google het woord cucumber intikt en je wilt alleen maar plaatjes zien, dan zijn de resultaten niet geschikt voor de gemiddelde marktaanbiedingen van de groenteboer, maar op Facebook weten ze dat allemaal niet, daar hebben ze een struisvogel als webmaster schat ik zo. De poster hing ruim 40 jaar geleden hier op straat, rond de verkiezingen en was een enorm succes. De PSP is er echt geen grote partij van geworden, maar de drukker is van de opbrengst van de extra posters die hij mocht drukken, stil gaan leven. 40 jaar geleden, volwassen vrouw, dus schaamhaar en niet zo'n beetje ook. De tijden veranderen. Tegenwoordig is een kale doos de trend, broodje ros op z'n kant. Nou ja, foto een beetje blurren, pixelen en in zwart-wit, heel artistiek allemaal. Maar niet voor Facebook. Cultuurverschil van over de grote haringvijver. Dat wij boter op ons hoofd hebben, ik weet het wel zeker, maar bij die Amerikanen moet dat bewustwordingsproces nog plaats vinden.

Met een grimlach denk dan ik terug aan de jaren zestig. Ik zal een jaar of elf geweest zijn en op bezoek bij familie in Amsterdam-Centrum. Met m'n neefje liepen we naar de aanlegsteiger van de rondvaartboten bij het Centraal Station. Daar hielpen we, wel opgevoed als we waren, oude Amerikaanse dames, met het uitstappen en aan elke dame vroegen we vriendelijk: "U naait nog steeds?" en elke keer kwam daar enthousiast de bevestiging: "Yes, yes, United States young man?" Dus ze doen daar wel aan seks. Toen al. Ik moet eerlijk bekennen, ik snap dat Facebook niet, echt niet........

maandag 20 augustus 2012

Over onze eigen "Nine Eleven"

Elf september 2001. De meeste mensen van dertig jaar en ouder weten nog precies te vertellen wat ze deden toen ze hoorden en zagen hoe twee vliegtuigen zich in de Twin Towers in New York boorden en een ander op het Pentagon in Washington DC stortte. Mijn vrouw en ik liepen op dat moment in de MediaMarkt in Amsterdam Zuid-Oost bij de Amsterdam Arena rond. De stofzuiger diende vervangen te worden. Iedereen heeft wel een huishoudelijk apparaat, dat vaker dan andere stuk gaat. Wij helpen stofzuigers vaker dan de gemiddelde consument naar z'n ouwe moer. Jaja, ik weet het, klein leed dat aan je vreet.....

Mensen lijken wel wat op eksters, die blinkende en flitsende dingen ook niet kunnen weerstaan en die grote wand met allemaal beeldschermen trekt toch elke keer weer. Het nieuwste van het nieuwste was in die tijd het lcd- en plasma-beeldscherm....... en dan in de tv-uitvoering. Hebbedingetjes van zo'n slordige acht- tot tienduizend guldens, maar alleen er naar kijken kost niets. Niewaar? Voor de tieners onder mijn lezers (blijf hopen Kamps, blijf hopen), dat betekent, dat een lcd- of plasma-tv in die tijd zo'n 4.500 Euro kostte. Maar goed, op die lange, hoge wand vol met lcd-, plasma- en gewone beeldbuis-tv's zagen wij tientallen vliegtuigjes in tientallen wolkenkrabbers vliegen.
Ik zal de enige niet zijn geweest die dag in die MediaMarkt die tegen zijn vrouw zei, "Kijk, ze draaien een rampenfilm". Maar vijf minuten later, stonden er toch wel heel veel mensen naar dat zich almaar herhalende schouwspel te kijken en kwamen wij er achter, dat we naar CNN en rechtstreekse verslagen vanuit de NOS-studio stonden te kijken. Ik heb geen idee, wat voor een stofzuiger we die middag hebben gekocht, geen degelijke in ieder geval, want we zijn alweer zo'n 2 generaties verder en zoals gewoonlijk, bar ontevreden over de prestaties van het huidige exemplaar....... Ik heb het nog steeds over een stofzuiger. We reden zwijgend naar huis in Alkmaar met onze aankoop, met voor één keer de autoradio aan, en volgden zodoende de onheilspellende berichtgeving over de gebeurtenissen in de Verenigde Staten. Thuis hebben we niet de stofzuiger uitgeprobeerd maar de televisie aangezet.

Elf september 2012. Voor de meeste mensen een gewone dinsdag, maar 's middags om half drie wordt dan onze vorige woning, Broerestraat 5 in Bolsward, executoriaal geveild in het World Trade Center, of all places, in Leeuwarden, toeval bestaat niet. Oftewel, een gedwongen verkoop. Samen met nog zo'n dertig andere panden van wie de eigenaar de hypotheek niet meer kan opbrengen.

En dan? Tja, dat ligt enerzijds aan de hoogte van de opbrengst van het pand en de te volgen strategie van de hypotheekverstrekker, zijnde de Coöperatieve Raiffeisen/Boerenleenbank. In ieder geval is dit echtpaar niet van plan om de betreffende executie-veiling te vereren met hun aanwezigheid. We zijn niet echt geïnteresseerd of we nu voor tachtig duizend of voor meer dan een ton de teil ingaan. We horen het wel. In het grote spreekwoordenboek staat wel weer een passende uitdrukking en anders heeft mijn betreurde moedertje hem wel bedacht. "Als je geschoren wordt, moet je stilzitten". En zo is het maar net.

En als je dan met een restschuld van meer dan een ton wordt geconfronteerd Kamps? Want jullie zijn wel hoofdelijk aansprakelijk. Toch?
Ja. Wat we ook zijn, beiden zijn we 58 jaar en zeg maar, praktisch zonder werk. Wilma heeft een baantje voor zes uur in de week en ik ben "hoofdkostwinner" met acht uur betaald werk. Voor de rest eten we mee uit de grote ruif, om het eens dramatisch uit te drukken. De kans dat we fulltime aan de bak komen is hier in het noorden 3!!!! procent, dus ziedaar alle ingrediënten voor een hedendaags treurspel.

Als de RABO-bank de restschuld claimt, zit er voor ons niets anders op dan de schuldhulpverlening in te gaan. Verwacht inkomen, bijstandsniveau plus een beetje. Wij krijgen dan een zogenaamde case-manager die ons inkomen beheert en van wie wij leefgeld zullen krijgen. Te veel om van dood te gaan en te weinig om van te leven. Die situatie duurt dan zo'n drie, als we pech hebben misschien vijf jaar en daarna wordt de restschuld van Rijkswege kwijt gescholden. Verwachte opbrengst voor de eiser(s), misschien in totaal drie- tot vierduizend Euro's. Hoogstwaarschijnlijk kost de invordering-procedure meer geld. Dus is het nog maar de vraag of de restschuld geclaimd wordt. Bovendien loopt er nog een zaak bij het Europese Hof over het recht op invordering van de restschuld bij geëxecuteerde hypotheken.

In ieder geval wordt dit uitgevochten boven onze hoofden. Wij kunnen er niets meer aan doen en zullen moeten afwachten, wat er uiteindelijk gebeurt. Onze eigen Nine Eleven. Verdomd, als het niet waar is.

maandag 6 augustus 2012

De Maatschappij van Weldadigheid. Genadebrood in de 19e eeuw.

Vakantie. Zo als de laatste jaren gebruikelijk is, kwam ik na het tellen van het beschikbare geld tot de conclusie dat een reis naar exotische oorden verder dan 100 kilometer van Bolsward niet onmogelijk is, maar het verblijf, langer dan twaalf uur begroting-technisch niet aan te raden. Wat eufemistisch gesteld, dat wel.

Waarom zou je dan – ter ontspanning – niet eens gaan kijken hoe andere armoedzaaiers in het verleden door het leven zwoegden? Dat is toch het eerste wat in een mensch op komt? Want cultuur opsnuiven geeft een rijk gevoel....... zegt men.
Daartoe smeert men bruine broodjes met dieetmargarine, die men (broodjes én margarine) daags tevoren bij de Aldi heeft aangeschaft en doet er wat beleg op (kaas en leverworst zijn beide redelijk goedkoop te verkrijgen) en stapt in de kleine Peugeot, die wij, zo lang we ons dat nog kunnen veroorloven, in bezit denken te hebben.

De reis gaat naar Frederiksoord, op de grens van Friesland en Drenthe, aan Drentse zijde. Om uw cartografische (on)kunde nog meer in verwarring te doen geraken, westelijk van Vledder, oostelijk van Steenwijk, zuidelijk van Noordwolde en noordelijk van Havelte. U bevindt zich dan midden in het Drents/Friese Wold, nu heel fraai, toeristisch en dierbaar, maar vroeg in de negentiende eeuw voor wat betreft de mensen uit die tijd aan het einde van de wereld. De Heere der Heerscharen had het daar nog "Woest en Ledig" gelaten, ter waarschuwing en ter leering van de Godvreezende om hem en haar te laten zien hoe het eens was geweest, voordat onze Redder de Husqvarna zitmaaier uitvond.

Vroeg in de negentiende eeuw besloot ene Johannes van den Bosch, militair én sociaal bewogen (hoezo, multi-tasking is van deze tijd) wat te gaan doen aan de hemeltergende leefomstandigheden van de "paupers" in de grote steden in het westen. Op de grens van Friesland en Drenthe was een woestenij waar niemand wat mee deed en als je nu de mensen waar je last van had – o nee, dat kun je en mag je zo niet stellen – die arme lieve mensen die het zo slecht hadden, nu naar die woestenij transporteerde, ze een huisje aanbood met een stuk grond, in fatsoenlijke kleding steekt en ze heropvoedt tot landarbeider, dan zij wij in het westen er van af – o nee, dat kun je en mag je zo niet stellen – dan bied je die mensen weer een toekomst.

Uiteraard kwam men er na enkele jaren achter, dat niet iedereen geschikt is om landarbeider te worden, dus kwamen er ook ambachtslieden, onderwijzers en winkeliers. Zij allen werden opgewacht door een nog steeds veel voorkomende soort in die contreien, de rechtzinnig gereformeerde dominee. Er was een streng regime, waar men poogde de vrijwillig verplichte kolonisten, te drillen tot voorbeeldige burgers, althans, naar de maatstaven van de Maatschappij van Weldadigheid. Een hoop would be kolonisten, knepen er dan ook voortijdig tussen uit en bouwden een hutje in de omgeving volgens het principe dat Thomas Roosenboom al beschreef in "Publieke Werken", binnen 24 uur een rokende schoorsteen en men werd gedoogd. Men hield zich veelal in leven met het vlechten van manden, die dan weer werden verkocht.

In het museum De Koloniehof kan men een tentoonstelling bezichtigen van het leven in die tijd, er staat een nagebouwd koloniehuisje, wat er op zich niet kwaad uitziet. Een voorhuis met woonkamer/keuken van baksteen en een houten deel er achter en plusminus anderhalve hectare grond, waar men voldoende kon verbouwen om een gezin in leven te houden.

Feit bleef, dat de stakkers in principe verplicht werden getransporteerd (vaak per schip) vanuit Amsterdam, Rotterdam, Den Haag enz. en in "The middle of drie keer niks" terechtkwamen. Wel heel veel natuur voor een stedeling en 's avonds kon men zich vervelen met het tellen van bomen of vroeg naar bed en vrouwonvriendelijke spelletjes gaan spelen. Voorwaar een zwoegend bestaan werd daar geleefd.

Het schijnt dat naar schatting zo'n achthonderdduizend landgenoten van deze "kolonisten" afstammen, waaronder natuurlijk de nodige mensen die als beroep "Bekende Nederlander" hebben. Daar ga ik u niet mee vermoeien, dan moet u er zelf eens gaan rond kijken, voor de entreeprijs hoeft u het niet te laten, voor zover ik weet drie euro per persoon. Zie: http://www.dekoloniehof.nl/

Wij gingen er vooral heen vanwege de boeren zomermarkt, die op het terrein van De Koloniehof werd gehouden. Allerhande kraampjes met creatief gedoe, onbespoten groente en vlees van dieren die biologisch werden gehouden en daarna ambachtelijk met ongeverfde van biologisch geteeld hout vervaardigde klompen werden doodgeschopt. O ja, uiteraard ook kraampjes met landelijke lifestyle producten, winkels, waar met name de dames helemaal dol op zijn. Mijn soortgenoten en ik hebben meestal zoiets van: "goh, heb ik altijd al niet willen hebben en dat allemaal in één winkel, hoe krijgen ze het bij elkaar".

Verder was er ook nog een beeldentuin, waar het thema deze zomer "tempo" is, mij viel op, dat er veel slakken gebeeldhouwd waren onder het mom van "een slakkengang is ook een tempo". Tsja, daar kan ik dan weer uren mee in de weer zijn. Op filosofisch gebied dan.

Of het nou geld kost of niet, mijn lief krijgt het altijd voor elkaar om wat spullen bij elkaar te scharrelen, waar ze creatief wat mee kan. De buit was dit keer, 2 schoven spelt-tarwe, de vacht van een blauwe Texelaar (schaap dus) en een jam-vul-trechter/dinges van keramiek. We bedenken thuis wel, waar we dit nu weer laten. Ook dat is een creatief proces.


maandag 30 juli 2012

In de voetsporen van Jopie Huisman

Wilma en ik hebben een paar rustpunten in ons leven en één daarvan is, dat we chronisch gebrek aan financiële middelen hebben. Komt door de economische crisis, leeftijdsdiscriminatie en doordat de afstand naar de arbeidsmarkt daardoor steeds groter wordt, veroudert je opleiding. 't Is jammer, maar wel een feit en daar moet je mee leren leven.
Neemt niet weg, dat we wel eind juli leven, oftewel vakantietijd. Dus doen we net of we met vakantie zijn. Afgelopen zaterdag stond er een wandelroute om Workum heen in de Leeuwarder Courant, een kilometer of vier. Een mooie afstand voor de zondagmiddag. Investering: een kilometer of vijfentwintig autorijden (vice versa, dat dan weer wel) en vier Euro veertig voor twee flesjes bier op een terras. Budgetteren avant la lettre.

Zondagmiddag om een uur of twee werd de rugzak gevuld met appels en de tas van Wilma, Lotje aan de lijn en togen wij naar de parkeerplaats waar ons zwarte spaarvarken op wielen op ons wachtte. Na een klein kwartiertje belandden wij op het Noard in Workum (centrum) en parkeerden daar vlakbij de start van de geplande wandeling, tegenover het Jopie Huisman-museum, een steeg genaamd "De Tillefonne"

Start van de route, groezelige vinger, HEMA-horloge en aan de andere kant van de hondenriem Lotje (niet op de foto).
Na een meter of veertig beland je dan bij een smal bruggetje en een info-bord waarop staat dat dit een eeuwenoud "Tsjerkepad" (Kerkepad) is en er nog een stuk of zes bruggetjes zullen volgen en o ja, Honden niet toegestaan. Ik had net verteld aan mijn lief, dat er een jaar of wat geleden een artikel in de Leeuwarder Courant had gestaan, dat honden werden geweerd bij dit kerkepad omdat de uitwerpselen van deze huisdieren het gras zouden infecteren met allerlei narigheid en dat was niet goed voor het grazende vee. Workum hoort tot de gemeente Sudwest-Fryslan en die maakt gebruik van zogenaamde handhavings-ambtenaren om zondaars te beboeten en die werken van...... maandag t/m vrijdag kantoortijden. Juist. Wij besloten tot burgerlijke ongehoorzaamheid. In een vorig blog heb ik al eens uitgelegd dat Lotje haar behoefte niet doet, als zij is aangelijnd en zo werd de zaak opgelost.

Bruggetje over en je staat in het weiland en loopt over een één tegel breed pad door de groene zee. Mijn echtvriendin merkte fijntjes op dat er tussen het gras geen enkel ander soort vegetatie te bekennen was, allemaal weggespoten, overigens liep er ook geen vee, puur hooiproductie weiland dus. Of dat zo gezond is voor onze lopende melkfabrieken en shoarmabeesten, maar ja, de discrepantie tussen redelijk denkende mensen en de politiek – in dit geval de lokale –, waar de landbouwlobby van het CDA nog steeds een aardige koevoet tussen de deur blijkt te hebben. De logica is weer eens ver te zoeken.

Gras en niks anders dan dat, op de achtergrond de stompe kerktoren van Workum.


Na een minuut of tien waren we halverwege tussen Workum en de Makkumer Dijk en zo drie bruggetjes verder, aan het weer mankeerde niets en we genoten van het authentieke uitzicht, heel dierbaar en 't is dat we onze smartphones bij ons hadden anders waren we helemaal één met de natuur, voor zo ver je daar van kunt spreken in dit landschap waarin elk grassprietje recht was gedrild. De tranen welden bij me op, maar dat kan ook door de leeftijd komen en de wind die waaide, want dan tranen mijn ogen ook. De onzekerheden stapelen zich maar op, naarmate de jaren vorderen.

Bruggetje midden in het weiland met op de achtergrond dagjesmensen, die de Leeuwarder Courant ook lezen.
Uiteindelijk belandden we op de Makkumer dijk, het hoofdmenu van de wandeling en liepen richting IJsselmeerdijk en de haven van Workum, pak 'm beet een kilometer of twee. In het begin liepen we enthousiast boven op de dijk, laverend om de schapen keutels heen (zij wel, Lotje niet) met links en rechts een prachtig uitzicht over het Friese land (heel groen, met sloten en af en toe een boerderij), maar al vlot maakten we kennis met de in de Nederlanden wel meer voorkomende drang om overal een hek omheen te plaatsen, gelardeerd met prikkeldraad. Dus gingen we over de weg verder om uiteindelijk bij de haven van Workum uit te komen, daar liggen voornamelijk zeiljachten en staat een zogenaamde "leugenbank", dat is een bank waar de lokale niet werkzame bevolking (meestal oudere mannen) elkaar bezig houdt met niet noodzakelijkerwijs waar gebeurde verhalen. Van daar was het niet ver meer naar het centrum van Workum, waar wij op een terras nog even genoten van een pilsje. Je hoeft niet per se naar de Stille Zuidzee met een cruiseschip om het vakantiegevoel op te roepen. Het leven kan in al zijn eenvoud zo prachtig zijn.

Alleen Lotje vond er geen ruk aan, aangelijnd lopen, dat is niet haar grootste liefhebberij en in dat geval "Life is a bitch" en dat is in Lotje's geval de waarheid als een koe...... Tot zover mijn agrarische bespiegelingen van deze week, terug naar de studio in Bussum......

woensdag 25 juli 2012

Hondje lopen (2)

't Is na elven 's ochtends en bloed verziekend heet! Lotje heeft recht op een tour langs Bolswards' dreven. Mijn planning is nooit gelukkig, ik doe altijd alles in de verkeerde volgorde, chronisch! Dus dat betekent afzien in het aanschijns van de schroeiende koperen ploert. Lotje sjokt geduldig achter de man aan, die haar elke avond voedt en vindt dat hij daarom recht heeft op de titel "baasje". Als ze schoenen aan zou hebben, dan hing haar tong op haar schoenen. Ik heb wel schoenen aan en daar voel en hoor ik een licht soppend geluid. Gelukkig is de afstand schoenen neus zo'n 190 cm en is mijn reukorgaan ernstig mishandeld door 40 jaar zware Van Nelle, dus ruik ik er niets van.

Op het hofje staat één van de oude buurvrouwen (we hebben alleen maar oude buurvrouwen, gemiddeld achter in de zeventig schat ik en dan halen wij de leeftijd nog omlaag) onkruid tussen de tegels los te peuteren aan de schaduwzijde van haar huisje. 't Is een rijzig mensch en zomers gekleed en verdomd lenig voor haar leeftijd, ze staat met de knieën recht tussen de tegels te wroeten. Helaas heeft ze een iets te ruim vallend bloesje aan en kijk ik rechtstreeks in wat rest van wat eens een decolleté moet zijn geweest. Hormoon onderdrukkend, echt waar.....  Mijn fantasie is redelijk grenzeloos en ik ben een beelddenker. Binnen tien meter lopen heb ik daarom deze theorie ontwikkeld. Door mensen van haar leeftijd is het leren pakje en het zweepje ontwikkeld. Vroeger mocht je als echtgenoot op sex hopen en nu moet je, desnoods onder dwang. Blauw pilletje erbij en moeders een boerka aan en gaan met die banaan (want zo zien die dingen er als de leeftijd vordert ook een beetje uit, niet alleen je rug wordt krom hoor). Boalserter Maat prijst zich gelukkig met zijn echtgenote, een kleine frèle vrouw, die goed op haar figuur let. Gelukkig in de liefde, dat wel.

Zodra we in de buurt komen van straten, waar ook auto's mogen rijden, lijn ik Lotje aan. Niet omdat ik haar niet vertrouw, maar er rijden "handhavings-ambtenaren" van de gemeente Sudwest-Fryslân rond en een hond die niet aangelijnd wordt betrapt, vergt een investering van 85 Euro van de man, die zich baasje meent te moeten noemen. Lotje is zo afgericht, dat ze alleen haar behoefte doet, als ze los loopt.
Dat leer je haar moeilijk af, 't dier is inmiddels de tien jaar gepasseerd en dat leer je niet zo snel meer wat nieuws aan. Zodra we buiten de doorgaande routes zijn, laat ik Lotje weer los. Rustig kachelt ze achter me aan, de Griekse start zit er nog steeds in, met de zon vol op je kruin moet je je niet al te druk maken en ze wandelt van schaduw naar schaduw. Overigens zijn we er nog niet zo lang geleden achter gekomen dat Lotje een Picardische Herdershond is.
Een aantal weken terug lag er een kapitaal charterjacht aan de passantensteiger, gehuurd door Zwitserse toeristen. Die hadden net zo'n exemplaar als Lotje bij zich, een reu, dus wat groter en allebei de oren rechtop. Deze mensen hadden de papieren van hun hond bij zich en het bleek om een Picardische Herdershond te gaan, een oeroud ras, afkomstig dus uit Noord-Frankrijk. Er bleken er wereldwijd nog zo'n 3.500 rond te lopen, waarvan hooguit 100 in Nederland. Google er maar eens naar, je ziet echt familie van Lotje voorbij komen.

We maken er vandaag niet zo'n lange tocht van, veel te warm, vanavond maken we de kilometers wel.